Struinen en stilte

Zaterdagochtend. De buitendeur van ons ontvangsthuis gaat open en er stapt een roodharige vrouw met hondje binnen.  “Ik kom even een compliment brengen”, zegt ze. “Ik was hier laatst in de natuurspeeltuin met mijn pleeg-kleinkind, om hem even te laten ravotten. Lekker klimmen, zichzelf met het pontje over het water heen en weer trekken en met de kabelbaan roetsjen… Hoe heerlijk is dat, als je een jongetje van zes bent, en je het af en toe best moeilijk hebt op school, omdat je ADHD hebt. Hij zat helemaal onder de modder. Zijn moeder vindt het wat moeilijk als zijn kleren vies worden, maar van mij mag hij lekker struinen.”  “Toen ik tenslotte voorstelde om weer naar huis te gaan, zei hij: “Nee, oma, zie je dat bankje? Daar gaan we eerst nog even zitten. Want de natuur is hier zo mooi. Kom, dan gaan we er naar kijken.” “Dus zijn we samen op het bankje gaan zitten…”

Ik kijk naar buiten, om te zien wat ze zagen. Winterkale bomen, waaraan al knoppen zitten. Overtrekkende ganzen. Riet en kaardebollen buigend in de wind. Een grote haas die over het veld hupst. Het witte zwanenpaar op het meer. Het jonge bos op de heuvel, of misschien de duinen in de verte…

“Zo zaten we daar”, gaat de vrouw verder, “een hele tijd stil te kijken naar de mooie natuur. Hij werd helemaal rustig. Dat doet jullie prachtige natuurbegraafplaats toch maar.” 

Patricia

Geplaatst in Alle berichten, Columns, Geestmerloo, Natuur